Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Want wie zou [12]u verschonen, o Jeruzalem? of wie zou [13]medelijden met u hebben, of wie zou [14]aftreden, om u naar [15]vrede te vragen? 12. Of, zich over u ontfermen? 13. Of, u beklagen? 14. Gelijk men van den weg afgaat, om een vriend of bekende aan te spreken en te vragen hoe het met hem is; zie Richt.18:15. 15. Dat is, naar uw welstand, hoe het u gaat; zie Gen.43:27. Zij zijn niet waardig [wil de Heere zeggen] dat men zich met hen zoveel zou bemoeien, dat men eens zou vragen of het hun wel of kwalijk gaat.